Thom van Campen bezoekt Hondencentrum in Den Ham

Het liberale Kamerlid sprak met dierenartsen van Caring Vets, Dier&Recht en de Hondenbescherming over de problematiek bij rashonden en bijtincidenten.

Thom van Campen

Tweede Kamerlid Thom van Campen (VVD) bezocht maandag het nieuwe Hondencentrum van de Koninklijke Hondenbescherming in Den Ham. Na een rondleiding door het opvangcentrum voor seniorhonden sprak hij onder meer met Kelly Kessen, adviserend dierenarts bij Dier&Recht, over de problematiek bij rashonden en Sieneke Groenman, coördinator van het Hondencentrum, over bijtincidenten.

Daphne Groenendijk, directeur van de Hondenbescherming; Just de Wit, beleidsadviseur dierenrechten; Lydia Pool, dierenarts en bestuurslid van Caring Vets; en Nick Ottens, public affairs medewerker van de Dierencoalitie, waren erbij.

Rashonden

In Nederland leven zo’n 1,8 miljoen honden. 70 procent is rashond en de rond half miljoen heeft een stamboom.

Een stamboom is echter geen gezondheidscertificaat en rashonden zijn niet per se gezonder. Sterker, sommige hondenrassen zijn en worden soms bewust doorgefokt op ziekmakende kenmerken.

Zo lijden extreem kleine honden, zoals chihuahua’s en dwergkeeshonden (pomerianen) levenslang aan (hoofd)pijn. De overmatige huidplooien van de Shar-pei veroorzaken huidziektes en oogziektes.

Ook binnen in principe gezonde rassen nemen ziektes toe. Dat komt door inteelt, legde Kessen uit. Door te fokken op gewenste uiterlijke kenmerken, zoals een kleur of een streep in de vacht of een kleine snuit, zijn de raspopulaties waaruit gefokt wordt (te) klein geworden. De gemiddelde ‘inteeltcoëfficiënt’ van de rashond in Nederland is inmiddels 30 procent. Ter vergelijking: bij het kruisen van een broer en zus, of een vader en dochter, is de inteeltcoëfficiënt 25 procent. In sommige rassen ligt het gemiddelde nóg hoger: bij dobermanns en mopshonden bijvoorbeeld 45 procent.

5 procent van de border collies wordt geboren met een ernstige vorm van epilepsie, waardoor ze meestal jong sterven. Zes op de tien dobermanns overlijdt vroegtijdig aan hartziekte. Met iedere 10 procent toename van inteelt neemt de levensduur gemiddeld met 10 maanden af.

Voor de grotere rassen zou het verbreden van de fokpopulaties nog soelaas kunnen bieden. Maar sowieso voor de kleinere rassen is het nodig dat wordt gekruist met andere honden(rassen).

Schadelijke kenmerken

Het is in Nederland verboden om te fokken op dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken. Eind vorig jaar steunde bijna de voltallige Tweede Kamer een motie van PvdD en PVV die het kabinet oproept om ook het bezit en de verkoop van dieren die niet in Nederland mogen worden gefokt te verbieden.

Wat ‘schadelijke uiterlijke kenmerken’ zijn, wordt per geval vastgesteld. Van Campen riep het kabinet in oktober op om de lijst van fokverboden met wetenschappelijke onderbouwing aan te vullen voor andere honden- en kattenrassen:

Vervolgens moet er voor die dieren ook een houdverbod gaan gelden en dan vanzelfsprekend ook een toonverbod.

De promotie van dieren op met name sociale media leidt ertoe dat mensen huisdieren kopen zonder zich bewust te zijn van de gezondheids- en welzijnsrisico’s die veel voorkomen bij, of zelfs inherent zijn aan, een ras. Wat weer leidt tot hogere kosten bij de dierenarts.

Van Campen sprak de zorgplicht van mensen aan die dieren houden:

Die zorgplicht en die verantwoordelijkheid voor mensen zelf kan wat de VVD betreft niet serieus genoeg genomen worden.

Van Campen tijdens het commissiedebat Dieren buiten de veehouderij van 23 oktober 2024

Vorig jaar zijn naaktkatten en vouworen onder het fokverbod gevoegd. Het kabinet laat onderzoeken welke andere mogelijk schadelijke uiterlijke kenmerken voorkomen bij honden en katten, en wat het risico is van de meest relevante kenmerken op het dierenwelzijn. De uitkomsten daarvan worden rond de zomer verwacht.

Hondencentrum

De Hondenbescherming opende vorig jaar het Hondencentrum in Den Ham, dat is gespecialiseerd in de opvang van oude en kwetsbare honden:

Uit ervaring blijkt dat het voor deze honden lastig is om een nieuw baasje voor ze te vinden of een plek in een asiel. Ze zijn vaak niet welkom in asielen vanwege de hoge kosten en de langere (soms permanente) verblijfsduur. In het nieuwe opvangcentrum geeft de Hondenbescherming deze honden de extra zorg en aandacht die zij nodig hebben.

Klik hier om meer te lezen en te zien.