Provinciale Statenverkiezingen: Stem diervriendelijk

Dit zijn de onderwerpen waarop je moet letten voor een diervriendelijke provincie, en een diervriendelijke Eerste Kamer.

Op 20 maart gaan de stembussen in Nederland open voor de Provinciale Statenverkiezingen. Dan kun je stemmen op een volksvertegenwoordiger die opkomt voor de belangen van dieren in jouw provincie. Maar dat is niet de enige reden waarom jouw stem in deze verkiezingen zo belangrijk is voor dieren.

De Provinciale Statenleden kiezen namelijk de 75 leden van de Eerste Kamer. Die bepalen of een wetsvoorstel uiteindelijk wel of niet wordt aangenomen. Denk aan de wet op het onverdoofd slachten, die in de Eerste Kamer werd weggestemd. Een diervriendelijke meerderheid in de Eerste Kamer is voor dieren dus essentieel. Via de Provinciale Statenverkiezingen kun jij indirect invloed uitoefenen op het vormen van een diervriendelijke meerderheid in de Eerste Kamer.

Belangrijke thema’s

Check daarom voor de verkiezingen de programma’s van politieke partijen en stem op de partij die het meeste aandacht schenkt aan de volgende thema’s:

  1. Aanstelling van een gedeputeerde Dierenwelzijn. In een aantal provincies zijn er gedeputeerden met een aparte portefeuille Dierenwelzijn. Dit is belangrijk, omdat in elke provincie kwesties spelen waar de belangen van dieren meegewogen zouden moeten worden in de besluitvorming. Het aanstellen van een eindverantwoordelijke op dierenwelzijn kan hier een positieve bijdrage aan leveren.
  2. Uitbreiding van de natuur en de leefomgeving van dieren. De natuur staat onder druk en daarmee de leefomgeving van dieren. De toenemende verstedelijking heeft geleid tot een versnippering van natuurgebieden. Hierdoor is het moeilijker voor dieren om te migreren van het ene gebied naar het andere om bijvoorbeeld voedsel te vinden. Het ‘opsluiten’ van dieren in gebieden kan leiden tot inteelt en voedselgebrek, waardoor de plaatselijke soort afzwakt en vatbaar kan worden voor ziekten.
  3. Vervanging van de jacht door preventieve, diervriendelijke oplossingen. Het dierenleed bij de jacht is immens groot. Dieren slaan op de vlucht en lopen het risico op wegen of in bewoonde gebieden terecht te komen met alle gevolgen van dien. Jongen blijven soms moederloos achter. Dieren lijden onnodig als ze niet bij het eerste schot worden gedood. Ondanks een aangenomen motie op een landelijk verbod op afschot van zwerfkatten, zijn er toch provincies die jacht op zwerfkatten toestaan. Gelukkig pleiten sommige provinciale partijen voor een jachtvrije provincie. Bij schade of overlast van bijvoorbeeld ganzen kunnen preventieve, diervriendelijke oplossingen worden ingezet zonder dat hierbij dieren hoeven te worden gedood.
  4. De wolf is welkom. De eerste wolf heeft zich officieel (per 1 februari) gevestigd in Nederland. Provincies dienen gezamenlijk beleid op te stellen en deze versneld in te voeren. Dit beleid moet zowel de de wolf als schapen bescherming bieden. Schapenhouders dienen ruimhartig door provincies te worden ondersteund bij de invoering van effectieve beschermingsmaatregelen. De provincie moet, in samenwerking met het platform Wolven in Nederland, objectieve voorlichting geven om zorgen in de maatschappij en sector weg te nemen. Het oprichten van een predatoren werkgroep ter voorbereiding op de terugkeer van andere predatoren zoals de goudjakhals, samen met het Rijk en natuur- en dierenwelzijnsorganisaties, is wenselijk.
  5. Vergunningen voor megastallen. In 2013 telde Nederland ongeveer 800 megastallen. In één megastal leven meer dan 220.000 vleeskuikens of meer dan 7.500 vleesvarkens of meer dan 1.500 geiten. Met dergelijke aantallen is het onmogelijk om zorg te dragen voor het individuele dier. Deze dieren komen nooit buiten, krijgen geen daglicht of frisse lucht, en kunnen hun natuurlijke gedrag niet vertonen. Deze veefabrieken zouden in Nederland geen plaats mogen krijgen.
  6. Groei van de geitenhouderij. Er zijn al enkele provincies die een stop hebben afgekondigd op de uitbreiding en groei van de geitensector. En dit is niet verwonderlijk: als omwonende van een geitenbedrijf is er een verhoogde kans op longontsteking en loop je andere mogelijke gezondheidsrisico’s. Voor dieren is het echter ook geen pretje, vooral niet voor de mannelijke bokjes. Door gebrek aan zorg, stress door transport en hoge ziektedruk sterven veel bokken vroegtijdig. De NVWA sprak in 2017 van schrijnend dierenleed op de helft van de Nederlandse bokkenmesterijen.
  7. Intensieve of natuurinclusieve landbouw. Er is steeds meer bewustwording over het feit dat de intensieve landbouw voor grote problemen zorgt voor het klimaat en de natuur, en veel dierenleed veroorzaakt. Het is tijd om de omslag te maken naar een natuurinclusieve landbouw met respect voor klimaat, natuur en dieren. Streekproductie zonder gif, gesloten kringlopen, mest afzetten op eigen bodem en dieren de gelegenheid geven om hun natuurlijke gedrag te vertonen. Dit betekent dat koeien grazen, kippen stofbaden nemen, geiten klimmen, eenden zwemmen, varkens wroeten en vissen zwemmen in natuurlijke wateren en niet opgesloten zitten in bakken in kwekerijen.
  8. Aandacht voor hittestress bij dieren die buiten lopen. In het kader van klimaatverandering zal ook Nederland te maken krijgen met extreme weersomstandigheden. Om dierenleed te voorkomen, moet de provincie de aanplant van (eetbare) bomen en de bouw van schuilstallen stimuleren, zodat dieren die buiten lopen beschutting kunnen vinden bij extreem weer.
  9. Transitie van dierlijke naar plantaardige eiwitten. De provincie heeft een belangrijke taak in de transitie van dierlijke naar plantaardige eiwitten. Een meer plantaardig dieet is beter voor dieren, maar ook voor het klimaat, de volksgezondheid en de voedselzekerheid. De provincie kan (stoppende) veehouders stimuleren om over te stappen op plantaardige teelt en innovatieve gewassen zoals bonen, oesterzwammen en andere paddenstoelen. De provincie kan zelf het goede voorbeeld geven door een plantaardig consumptiepatroon in overheidsinstanties te stimuleren.
  10. Samenwerking met banken die goed scoren op de Eerlijke Bankwijzer. Het afgelopen jaar bleek dat Nederlandse banken miljarden euro’s investeren in dierenleed door bedrijven te financieren met lage dierenwelzijnsnormen. Op enkele bedrijven was zelfs sprake van ernstige dierenmishandeling. Gelukkig zijn er ook banken die alleen maar investeren in duurzame initiatieven die een positieve impact hebben op de wereld. Provincies moeten waar mogelijk een keuze maken voor financiële instellingen die een diervriendelijk financierings- en/of beleggingsbeleid hebben. Waar dat niet mogelijk is, moeten provincies in gesprek gaan met de financiële instellingen om hen te bewegen een scherper dierenwelzijnsbeleid te voeren.