De Partij voor de Dieren (PvdD) werd in 2002 opgericht en in 2006 de eerste dierenwelzijnspartij ter wereld die zetels won in een nationaal parlement. In de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 won de PvdD drie zetels.
Hoe diervriendelijk stemt de Partij voor de Dieren?
Sinds 2012 onderzoekt Dier&Recht hoe partijen in de Tweede Kamer stemmen over dierenwelzijn. De Partij voor de Dieren is consequent de meest diervriendelijke partij. Tot 2021 kwamen alleen GroenLinks en SP in de buurt; onder Rutte IV stemden ook BIJ1, de PvdA en Volt bijna even diervriendelijk.
Dierenkieswijzer 2023
Er moet een einde komen aan lichamelijke ingrepen om dieren aan te passen aan de veehouderij.
Eens. ‘Stallen moeten worden aangepast aan dieren in plaats van andersom. Dankzij een wetswijziging van de Partij voor de Dieren is in de Wet dieren vastgelegd dat dieren niet meer mogen worden aangepast aan het houderijsysteem. Dieren zullen eindelijk worden verlost van pijnlijke ingrepen zoals het castreren van biggen, het afbranden of knippen van staarten, het afvijlen van tanden en het onthoornen van koeien en geiten.’
Dieren in de veehouderij moeten hun natuurlijke gedrag kunnen uitoefenen.
Eens. ‘Dieren hebben het recht om te leven naar hun aard. Stallen moeten worden aangepast aan dieren in plaats van andersom. Zo horen kippen een stofbad te kunnen nemen, willen varkens in de aarde kunnen wroeten, en horen koeien en geiten buiten in plaats van in stallen. In de stal moeten dieren beschikken over voldoende ruimte, stro en afleidingsmateriaal en de mogelijkheid om zich terug te trekken of juist samen te zijn. Dankzij een wetswijziging van de Partij voor de Dieren is in de Wet dieren vastgelegd dat dieren de ruimte moeten hebben om natuurlijk gedrag te vertonen.’
Dieren in de veehouderij moeten elke dag naar buiten kunnen.
Eens. ‘Op zit moment zitten tientallen miljoenen dieren opgesloten in potdichte stallen. Wat de Partij voor de Dieren betreft, krijgen dieren in de veehouderij vrije uitloop naar buiten, met voldoende schuilmogelijkheden tegen weersomstandigheden als hitte en regen.’
Dieren in de veehouderij moeten beschermd worden tegen extreme weersomstandigheden.
Eens. ‘Wat de Partij voor de Dieren betreft, krijgen dieren in de veehouderij vrije uitloop naar buiten, met voldoende schuilmogelijkheden tegen weersomstandigheden als hitte en regen.’
Methoden die ervoor zorgen dat de productie per dier wordt verhoogd moeten verboden worden.
Eens. ‘Veel dieren zijn zo ver doorgefokt dat ze in een paar weken vetgemest kunnen worden. Dit zorgt voor ernstig dierenleed. Het fokken op extreem snelle groei (zoals bij kippen en varkens) of op extreme productie (zoals bij melkkoeien) wordt verboden. Er komt een maximum voor de “productie” per dier. En er komt een einde aan het doorfokken op steeds grotere aantallen biggetjes die een zeug per dracht moet werpen.’
Dieren in de veehouderij mogen niet in kooien worden gehouden.
Eens. ‘Dieren hebben het recht om te leven naar hun aard. Nog altijd zijn er in de Nederlandse veehouderij miljoenen dieren die hun leven moeten slijten in kooien ten behoeve van de vlees- en eierindustrie. In deze kooien is geen ruimte voor natuurlijk gedrag: de dieren kunnen niet op een normale manier voedsel zoeken, konijnen kunnen niet graven, kippen kunnen niet stofbaden, zeugen die klem liggen tussen stangen kunnen hun biggetjes niet op een normale manier verzorgen. Dieren zullen eindelijk worden bevrijd uit krappe kooien zonder mogelijkheid om natuurlijk gedrag te vertonen.’
Om uitstoot zo veel mogelijk te beperken moet je dieren ophokken.
Oneens. ‘Om de uitstoot zoveel mogelijk te beperken, en zowel de doelen op het gebied van klimaat, natuur, waterkwaliteit als dierenwelzijn te halen, is er maar één werkelijke oplossing: minder dieren fokken, gebruiken en doden. De vee- industrie is een van de grootste uitstoters van broeikasgassen en dé oorzaak van de natuurcrisis. Het leidt tot vervuiling van ons grondwater, van ons drinkwater, tot stankoverlast en gezondheidsschade voor omwonenden, verlies van vruchtbare bodems, ontbossing en een groter risico op een volgende pandemie. Met een krimp van minstens 75 procent van het aantal dieren in de vee-industrie pakken we al deze problemen tegelijkertijd aan.’
Er komt een verbod op megastallen.
Eens. ‘Het tijdperk van de megastallen is voorbij. Deze stallen zullen als eerste opgekocht worden in het kader van de stikstof- en klimaataanpak. Er komen geen nieuwe vergunningen voor de bouw van megastallen of de uitbreiding van bestaande veehouderijen. Hoe minder dieren op een kluitje, hoe kleiner de risico’s op ziekte-uitbraken en zoönosen.’
Er moet een verbod komen op het onverdoofd slachten van dieren.
Eens. ‘In Nederland is het al bijna 100 jaar verboden om dieren zonder verdoving te slachten, maar voor religieuze slacht wordt een uitzondering gemaakt. Dit zorgt voor ernstig dierenleed. In verschillende landen is de onverdoofde slacht al verboden, ook binnen Europa. De Partij voor de Dieren wil deze uitzondering ook in Nederland schrappen, en daarmee de wettelijke plicht om dieren voorafgaand aan de slacht te bedwelmen voor álle dieren laten gelden.’
Preventieve maatregelen om stalbranden te voorkomen moeten verplicht worden.
Eens. ‘Op dit moment worden dieren onvoldoende beschermd tegen het risico op stalbranden. Overheidsplannen om het aantal stalbranden te verminderen — veelal vrijblijvende maatregelen en voorlichting — hebben niet gewerkt, concludeerde de Onderzoeksraad voor Veiligheid. De brandveiligheid is de afgelopen jaren juist verslechterd in plaats van verbeterd. Het aantal stalbranden is niet structureel afgenomen en het aantal dieren dat levend is verbrand of gestikt in de rook is zelfs toegenomen. De Partij voor de Dieren wil wettelijke regels om stalbranden te voorkomen en verplichte maatregelen om dieren te beschermen als een stalbrand plaatsvindt.’