Het vogelgriepvirus waart rond en nee, dat stopt niet bij het pluimvee

Het gevaar van een nieuwe pandemie als gevolg van het vogelgriepvirus is beangstigend groot en vraagt om vaccinatie van dieren nu en om langetermijnmaatregelen voor de pluimveesector.

Ruiming kippen

Er waart een spook rond in Europa, het spook van een virus dat de gezondheid bedreigt. Je zou denken dat alle krachten zich hebben verenigd om dit virus uit te bannen, maar niets is minder waar. Nee, dit gaat niet over omikron, dit gaat over het vogelgriepvirus. Nog nooit was de vogelgriep zo alom tegenwoordig in Europa. De gevolgen zijn nu al groot, het gevaar voor een nieuwe pandemie ronduit beangstigend. We kunnen én moeten nu laten zien dat we geleerd hebben van de COVID-pandemie. En de nieuwe minister van landbouw, Henk Staghouwer, heeft de sleutel in handen voor een uitweg.

De huidige maatregelen, monitoren, ruimen van zieke én gezonde dieren, vervoersverboden en een ophokplicht, blijken niet afdoende. De controle is kwijt. Niet alleen zijn deze ingrepen niet effectief, ze zijn ook verre van ethisch verantwoord.

225.000 dieren vergast

Afgelopen week was het weer raak in Nederland, uit voorzorg werden 225.000 dieren vergast. Het dierenleed, de financiële schade en de gevolgen voor boeren nemen duizelingwekkende proporties aan.

Hoewel vogelgriep van vogels op mensen kan overgaan, is het risico voor mensen nu nog laag. De vrees voor gevaarlijke mutaties groeit echter; ook bij corona sloeg het virus van dieren op mensen over en muteerde het veelvuldig tot ziekmakende of minder ziekmakende varianten.

Vogelgriep is al vaker van dier op mens overgesprongen. Er zijn al mensen aan overleden. Als het virus ‘leert’ van mens op mens over te slaan, dan is de ramp niet te overzien. Al jaren merken experts vogelgriep aan als voorname kandidaat om de volgende pandemie te veroorzaken. Dankzij COVID hebben we een voorproefje gekregen van wat dat kan betekenen.

Wat te doen?

Een verbod op pluimveehouderijen in waterrijke gebieden zou helpen, omdat vooral wilde watervogels vogelvirussen bij zich dragen en daar de kans op overdracht het grootst is. Maar het virus grijpt ook op andere plekken om zich heen. Daarom moeten we zo snel als mogelijk overgaan op vaccinatie. Als COVID iets geleerd heeft, is dat als de politieke wil er is, vaccins snel kunnen worden ontwikkeld en ingezet. Tot nu toe ontbrak deze politieke wil omwille van de export naar landen die vlees en eieren van gevaccineerde dieren weigeren. Economie ging boven alles. Maar de wal keert nu het schip. Onlangs toonde ook land- en tuinbouworganisatie LTO zich een voorstander van vaccinatie.

Maar, net als vaccinaties geen volledige oplossing voor corona bieden, doen ze dat evenmin voor vogelgriep. Er is dus meer nodig: een andere manier en schaal van pluimveeproductie. Duidelijk is dat stallen met tienduizenden genetisch identieke dieren opeengedrukt, een speeltuin zijn voor een virus dat daarin kan opvlammen en muteren. Dat zagen we recent ook met het coronavirus, toen miljoenen nertsen zijn vergast. Duidelijk is ook dat het een illusie is te denken dat dit soort stallen hermetisch van de buitenwereld zijn af te sluiten. Onderzoek uit 2018 laat zien dat 37 van de 39 hoog-pathogene vogelgriepvirussen de industriële pluimveehouderij als bron hebben.

We zullen de manier waarop pluimvee wordt ‘geproduceerd’, drastisch moeten herzien. Door kleinschaliger kippen te houden – minder dieren, minder bedrijven en minder dicht op elkaar – door omstandigheden te scheppen waardoor de weerbaarheid van de dieren groter is, door een groter welzijn, door een grotere genetische diversiteit en met oog voor de ecologische relaties met het landschap waarin de pluimveehouderij is ingebed. En ja, dat betekent ook het verkleinen van de consumptie van kippenvlees en eieren. Daarmee is het directe probleem van nu niet opgelost, maar kunnen in de toekomst impact en risico’s sterk worden beperkt. Dat vergt veel, maar de enorme ontwrichting van COVID laat zien dat het de moeite waard is, het is letterlijk van levensbelang.

Geen business as usual

En nu is het moment. De nieuwe minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft al de opdracht om, samen met de nieuwe minister voor Natuur en Stikstof, de Nederlandse landbouw drastisch te hervormen. Dat is nodig om aan regels te voldoen over stikstof en waterkwaliteit. En om te voldoen aan de Europese doelstelling om in 2030 een kwart van de landbouw biologisch te krijgen (nu nog slechts 4 procent). En zo zijn er meer goede redenen voor hervorming, waaronder het verbeteren van dierenwelzijn.

Waar de minister echter voor zal moeten waken is om al die problemen te beschouwen als geïsoleerde pijnpunten waarop slechts pleisters geplakt hoeven te worden om vervolgens door te kunnen gaan met business as usual. Een luchtwasser in de stal tegen stikstof, een middeltje in het koeienvoer tegen methaan, een ophokplicht tegen vogelgriep. De problemen waar de minister zich voor gesteld ziet, hangen echter nauw met elkaar samen en kunnen alleen in samenhang — op systeemniveau — tot een echte oplossing worden gebracht.

Dat geldt ook voor de vogelgriep. Aan minister Staghouwer de taak daadkrachtig de transitie ter hand te nemen om de productie en consumptie van voedsel te transformeren tot een systeem dat de gezondheid en het welzijn van mens én dier bevordert in plaats van in de waagschaal stelt.