Maatschappelijke organisaties en innovatieve voedselbedrijven slaan de handen ineen. In een gezamenlijke boodschap richting de formerende partijen wordt gevraagd om de gezondheid en het welzijn van mensen, dieren en de natuur voorop te zetten in het voedselbeleid van het volgende kabinet.
Compassion in World Farming, onderdeel van de Dierencoalitie, doet samen met onder meer BoereGoed en Boeren voor Buren, twee korte-keteninitiatieven voor groente en fruit; bio-supermarkt Odin, kweekvleesbedrijven Meatable en Mosa Meat, onderzoeksinstituut New Harvest en de Vegetariërsbond 27 aanbevelingen voor beleid langs drie lijnen: een gezond en duurzaam eetpatroon, een gezonde en duurzame landbouw, en gezonde en duurzame voedselpioniers.
Ook Caring Farmers, duurzame maaltijdenmaker The Green Table, de non-profit Keep Food Simple en de bedrijven BeefyGreen, The Change Starts, Fungi Factory, GRO Together, Lazy Vegan, Monkeys by the Sea, PrimePact, Revyve, Schouten, Tasty Basics, The Ketchup Club, The Protein Brewery, Upstream Foods en Willicroft doen mee.
Stimuleer plantaardig
Om plantaardig eten bereikbaarder en betaalbaarder te maken, stellen de ondertekenaars voor om het voedselaanbod in de publieke sector minstens in lijn te brengen met het advies van de Gezondheidsraad: 60 procent plantaardig en hoogstens 40 procent dierlijk. Nu halen de meeste Nederlanders nog maar 40 procent van hun eiwitten uit plantaardige producten en 60 procent uit eieren, vlees en zuivel.
Belastingvoordelen voor dierlijke producten, zoals de uitzondering van koemelk van de verbruiksbelasting, zouden moeten worden afgeschaft. In de oproep wordt de politiek gevraagd om afspraken te maken met diëtisten, huisartsen, voedingsadviseurs en andere partijen die het eetgedrag van mensen (kunnen) beïnvloeden om het bewustzijn over gezonde, plantaardige voeding te vergroten en voedselvaardigheden te stimuleren.
Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat laagbetaalden het minst gevarieerd eten. Zij zijn daardoor vaker te zwaar en ziek. Een btw-verhoging van 9 naar 21 procent op vlees zou jaarlijks tot 3 procent minder diabetespatiënten leiden, bijna 3 procent minder kankerpatiënten en 1 procent minder beroertes.
Minder voedsel van ver weg
In de voedselproductie zou de draagkracht van bodem, water en natuur leidend moeten zijn. De zelfvoorzieningsgraad van eiwitrijke gewassen, zoals bonen, moet worden verhoogd. Voedsel van dichtbij moet goedkoper, en voedsel van ver weg duurder gemaakt worden.
Ook dient er een routekaart te komen voor de uitwerking van een dierwaardige veehouderij, passende regelgeving en subsidies voor koploperboeren, en uitbreiding van agrarisch natuur- en landschapsbeheer.
Scholen, verzorgings- en ziekenhuizen, en andere maatschappelijke instellingen kunnen meer doen om de markt voor dierwaardige en natuurinclusieve, waaronder biologische, boeren te vergroten door meer van hun producten in te kopen.
Voedselinnovatie is win-win
Doorontwikkeling van Nederlandse voedselinnovaties, zoals kweekvlees en (precisie)fermentatie, is een win-win: grootschalige productie van vlees en zuivel wordt mogelijk met veel minder dieren, minder grondstoffen, minder land en minder water, dus een lagere weerslag op het milieu. En dat biedt exportkansen.
Er zou daarom onderzoek moeten komen naar nieuwe toeleveringsketens. Een kwart van het budget van de Topsector Agro & Food zou kunnen worden besteed aan koploperboeren en voedselpioniers. De Nederlandse overheid kan optreden als ‘launching customer‘ van gefermenteerde en gekweekte eiwitproducten, en in Europa blijven aandringen op versimpeling van goedkeurings- en markttoetredingsprocedures voor zogenoemde novel foods.