De Coalitie DierenwelzijnsOrganisaties Nederland (CDON) heeft met ontzetting kennis genomen van het advies van de zogenoemde Ganzen-7 — zeven agrarische, landschapsbeheer- en natuurorganisaties — om jaarlijks honderdduizenden ganzen te doden om de populaties van verschillende ganzensoorten terug te brengen tot een lager niveau of zelfs tot nul.
In een brief aan staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Henk Bleker (CDA) schrijft CDON dat ganzen in Nederland thuishoren en zoveel mogelijk met rust moeten worden gelaten.
Om eventuele schade aan gewassen te beperken, zal de bestrijding zich moeten richten op de schadepercelen. Wij adviseren de ganzen actief te verjagen of te weren op schadegevoelige gewassen en gewassen met een relatief hoge opbrengst en de vogels op alle overige percelen, bijvoorbeeld grasland, met rust te laten.
Voor het weren of verjagen is het niet nodig om de vogels te doden. Er zijn voldoende alternatieve middelen die op de schadegevoelige percelen kunnen worden ingezet. Zo kunnen vlaggen, schriklinten, knalapparaten en roofvogelvliegers worden geplaatst. Op kleine percelen kunnen de vogels worden geweerd door het spannen van draden. En in het geval van landbouwpercelen naast broedgebieden kunnen lage rasters worden geplaatst om te voorkomen dat de ganzen met jongen deze percelen oplopen.
Verder past ook het stoppen van de jacht op de vos binnen een structurele aanpak, gezien de invloed van dit dier op het broedsucces van ganzen.